Een inkijkje in 8 weken vrijwilligerswerk in Tasikoki

Vrijwilliger Myrte Voormolen doet verslag van haar ervaringen in het dierenopvangcentrum, waar ze deze zomer verbleef.

Aankomst

Enthousiast geworden door het televisieprogramma “De Reünie” van april jl. waarin Willie Smits te gast was, stapte ik dinsdag 20 juni 2011 op het vliegtuig naar Indonesië om 8 weken vrijwilligerswerk te gaan doen in Tasikoki. De dag erna kwam mijn vlucht aan op Manado, Noord-Sulawesi waar ik vrolijk werd opgewacht door Billy, de chauffeur die mij naar Tasikoki zou brengen.

Een dagje meedraaien in het park

De dagen in Tasikoki vertonen, zeker als je er langere tijd verblijft, overeenkomsten maar zijn nooit geheel hetzelfde. ’s Ochtends om 5.30u gaat de wekker voor de meesten, althans voor degenen die voor aanvang van het werk om 06u nog even een kopje koffie of toast nodig hebben. Dan wordt er twee uur gewerkt. Afhankelijk van het team waar je ingedeeld bent, variëren je werkzaamheden. Zo wordt van team ‘Primates’ verwacht dat alle makaken (44 stuks en Betty de siamang) van browse worden voorzien. Browse is een term die de eerste dag nog opgetrokken wenkbrauwen veroorzaakt, maar waar je snel vertrouwd mee raakt. Iedere dag krijgen de dieren namelijk twee maal browse, vegetatie dus. ’s Morgens lage vegetatie, aan het eind van de dag hoge vegetatie. Het mooie is dat het park hier zelf in kan voorzien. Team ‘Borneo’ is verantwoordelijk voor de orang-oetans, de gibbons en de beren. Hoewel de vrijwilligers niet alle hokken hoeven schoon te maken, is dit bij de beren wel het geval. Zwaar werk zo op de vroege morgen, want al zijn er maar twee, ze weten er dagelijks een puinhoop van te maken. Een flinke dosis berenpoep op je nuchtere maag, ach je moet er tegen kunnen! Team ‘Borneo’ vraagt ’s morgens wat meer inspanning aangezien het voer niet in de kooien wordt ‘gegooid’, maar daadwerkelijk wordt verstopt. Een van de belangrijkste filosofieën van Tasikoki is namelijk het voedsel zoek- en verorberproces zo lang mogelijk te rekken. In het wild zijn dieren uren per dag aan het foerageren. Door voedsel te verbergen of in ingewikkelde constructie te stoppen, probeer je dit te benaderen. Positief bijeffect is dat het verveling, frustratie en agressie vermindert, zaken die er in ‘gewone’ dierentuinen al snel insluipen. Dan is er nog team ‘Birds’, waar ongeveer 120 vogels onder vallen. De vogels zijn verdeeld over verschillende kooien. Zo is er de big aviary, waar kaketoes, duiven, ganzen en papegaaien in zitten. Deze kooi wordt ’s morgens grondig schoongemaakt. Er zijn twee vijvers die beiden om de dag worden ververst, zo is er altijd een schone beschikbaar. Verder wordt het voedsel er verdeeld over de speciale platforms of aan spijkers die aan boomstammen zijn bevestigd. Verder zijn er nog kleinere vogelkooien, waar verschillende soorten kaketoes en lorrekeets zitten. Zij worden ’s morgens ook van browse voorzien. Na het ontbijt wordt er door alle teams aan zogenaamde enrichments gewerkt. Zoals het woord doet vermoeden omvat dit iedere vorm van verrijking. Van bamboepuzzels tot fruit in ijsblokken, en van nieuwe schommels voor de vogels, tot bellen blazen met de orang-oetans. Iedere dag is er een bijeenkomst waarin de enrichments voor die middag en de dag erna worden bepaald. Voor de lunch worden deze uitgedeeld. Na de lunch vindt de tweede voedsel-uitdeel-ronde plaats en wordt er aan nieuwe enrichments gewerkt. Aan het eind van de middag krijgen de dieren een laatste keer browse en dan is de werkdag om 16u afgelopen. Tijd om te relaxen!

Wat er verder nog gebeurde

Ik heb het geluk gehad om naast de dagelijkse werkzaamheden ook nog aan grotere projecten mee te kunnen werken. Zo is de nieuwe makakenkooi zo goed als af. Op dit moment zijn er 44 makaken waarvan sommigen solitair, anderen in families verblijven. Door deze nieuwe kooi is het mogelijk om met de verschillende groepen te schuiven en daarbij ruim tien solitaire makaken vanuit hun kleine kooien naar een grote familiekooi over te brengen. Dat is fantastisch nieuws, niet alleen omdat de dieren meer ruimte krijgen, maar ook omdat het veel natuurgetrouwer is de dieren in families te plaatsen.
Al in de eerste weken dat ik er was, gingen we op bezoek bij Willie Smits om de suikerfabriek te bekijken. We kwamen daar aan op een nogal ongebruikelijk moment: Willie confisceerde op dat moment net een jonge roofvogel die twee stropers van het nest hadden gestolen en geprobeerd hadden te verkopen. De arme vogel hebben we toen ’s avonds mee teruggenomen naar Tasikoki. Hoewel de vogel het goed leek te maken, was er geen gepaste kooi voor handen. Net na mijn vertrek zijn de vrijwilligers samen met een grote groep scholieren gestart een ruime kooi te bouwen waar ze kan leren te vliegen. Inmiddels is deze bijna af. Uiteraard is de hoop om haar weer in het wild uit te zetten.
Ook nog een leuk nieuwtje is dat er hard gewerkt wordt aan de installatie van een touch-screen voor de orang-oetans. In het verleden zijn hier ook met andere apensoorten verrassende resultaten mee behaald. In theorie kunnen Bento en Is straks met andere orang-oetans skypen.

Profiel van een vrijwilliger op Tasikoki

Op het moment dat ik in Tasikoki verbleef, dat alles bij elkaar eigenlijk de gehele zomer was, waren er vooral veel Nederlanders. Dit kwam met name door het televisieprogramma “ De Reunie”. Voor de komende maanden zijn er nog genoeg Nederlanders die om de zelfde reden op het vliegtuig zullen stappen, zeker nu de uitzending in augustus is herhaald. Naast de Nederlanders zijn er nog genoeg andere nationaliteiten: o.a. Britten, Australiërs, Fransen, Belgen, Duitsers. Blijkbaar weet men Tasikoki toch te vinden! Leeftijden en achtergronden lopen zeer uiteen. Hoewel er vanzelfsprekend mensen zijn die een studie gerelateerd aan dierengedrag (dierenmanagement) of milieubehoud hebben gevolgd of volgen, ben ik bijvoorbeeld historicus. Veel jongeren die net klaar zijn met de middelbare school, kozen ervoor hun zomervakantie te besteden aan ‘het goede doel’, alvorens aan een studie te beginnen. Ook volwassenen, zelfs mensen die van hun pensioen genoten, hielpen graag een paar weken mee. Juist deze diversiteit aan vrijwilligers maakt het werk ontzetten leuk.

Algemeen

Op dit moment wordt er met een lokale staf van ongeveer 12 mensen gewerkt. Zij werken op kantoor, als keeper of als kok/housekeeper. Staf en vrijwilligers hebben elkaar hard nodig, de een zou het park niet kunnen laten functioneren zonder de ander. Hoewel de taalbarrière onderling lastig kan zijn, is de band erg goed. Vaak nodigt men elkaar over en weer op feesten uit.

Om het park financieel te kunnen laten draaien zijn er altijd 12-14 vrijwilligers nodig. Gedurende de periode dat ik er zat, lukte dit meestal. In het verleden echter, is dit nog wel eens anders geweest. Niet alleen financieel, ook qua werk is het dan lastig vol te houden. Gelukkig zien de vooruitzichten er redelijk uit, zeker nu men in het park ingespeeld is op het werken met vrijwilligers (Tasikoki heeft namelijk niet vanaf het begin met vrijwilligers gewerkt). Momenteel zijn er zelfs twee coördinatoren verantwoordelijk voor de vrijwilligers. Dit neemt veel werk uit handen van de managers, die hun tijd en aandacht beter aan andere zaken kunnen besteden.

Naast de vrijwilligers die betalen om een aantal weken te werken, zijn er steeds meer scholieren van omliggende dorpen die een dag of langer meedraaien in het park. Aan de ene kant zorgt dit ervoor dat er genoeg handen zijn om grotere klussen te klaren, aan de andere kant zorgt dit voor een stukje educatie over het belang van het park en het omgaan met dier en natuur in het algemeen. Zo snijdt het mes aan twee kanten.

Helaas kunnen veel dieren om diverse redenen niet uitgezet worden in het wild. Juist omdat de dieren door inbeslagname uit smokkelroutes in het park terecht zijn gekomen, betekent dit dat velen niet inheems zijn. Uitzetting op Sulawesi vormt dan geen optie. Soms kan er met parken op andere Indonesische eilanden worden overlegd om de specifieke dieren daar op te vangen, alvorens over te gaan tot eventuele uitzetting. Voor de dieren die op Tasikoki blijven wordt gepoogd een goede kooi voor de lange termijn te vinden. Andere dieren hebben gelukkig wel kans om terug te keren naar de natuur. Zo is de neushoornvogel bijna klaar om te vertrekken, wanneer wordt vastgesteld dat ze daadwerkelijk voor zichzelf kan zorgen. Voor dieren die mogelijk uitgezet worden, wordt teveel menselijk contact vermeden.